Hoofdstuk 1
Het boekflitsen
Rick liep met zijn schild tegen de hete vlammenzee in en stak zijn zwaard in het zwarte hart van de rode schubbendraak, de meest gevreesde draak die de wereld ooit heeft gekend. Met een harde klap viel de meedogenloze draak verslagen op de grond en blies nog een rookwolk uit als laatste adem. Even was het stil, voordat het leger en alle omstanders overgingen in een hard gejuich. Rick werd op handen gedragen naar het dorp, waar een enorm feest losbarstte. Leve Rick! Nog nooit had iemand zoveel heldenmoed gezien als bij hem. Maar Rick wist inmiddels wel hoe deze draak verslagen moest worden, hij heeft dezelfde draak al 50 keer verslagen.
Met verbrand haar en een shirt vol met scheuren legde Rick zijn lievelingsboek over de rode schubbendraak naast zich neer op het nachtkastje. Rick kon namelijk iets wat andere mensen niet konden. Als Rick een boek aanraakte, kwam hij in het boek terecht en speelde hij mee in het verhaal. Hij noemde dit ‘boekflitsen’ omdat het op een witte flits leek als hij in een boek terecht kwam. De eerste keer dat Rick erachter kwam dat hij kon boekflisten, schrok hij zich kapot. Hij raakte een boek aan over de Zuidpool, en ja, daar kwam hij tussen allemaal pinguïns terecht. Voordat hij bevroor door een sneeuwstorm werd hij opgepikt door een vreemde wetenschapper in een groene luchtballon. Samen reisden ze de hele wereld over, een fantastisch avontuur. En zo flitste Rick van boek naar boek, van avontuur naar avontuur.
Maar hoewel Rick zelf de boeken kon kiezen, kon hij niet bepalen in welk hoofdstuk hij terecht kwam. Hij kon ook niet zo maar het boek verlaten. Rick moest meespelen tot het boek uit was, pas dan kon hij het boek weer verlaten. Daarom koos Rick altijd boeken die snel uit te lezen waren, met veel plaatjes. En hij las alleen boeken die hij kende, zodat hij zeker wist hoe het af zou gaan lopen. Toch was Rick op een dag niet voorzichtig genoeg. Op zijn verjaardag pakte hij een cadeautje uit waar een boek in zat die hij niet kende. Zonder dat Rick het door had raakte hij het boek al aan en boekflitste naar het verhaal.
Hoofdstuk 2
De tocht naar Westcactus
Rick stond toen midden in de woestijn. Het eerste wat hem opviel was dat hij een hoed op had. En zijn gezicht kietelde een beetje omdat hij een baard had. Hij droeg een leren riem waar zelfs een holster voor een revolver aan hing. Ook had hij echte laarzen aan met zo’n ster aan zijn hak. Was Rick een cowboy?
Rick verwachte ook een paard, maar naast Rick stond een ezeltje met een zadel. Waarschijnlijk was het ezeltje van Rick, want bij elke stap die hij deed, liep het ezeltje achter hem aan. In het zadel vond Rick een landkaart, waarop een treinstation rood omcirkelt stond in een dorpje genaamd Westcactus. Daar moest Rick waarschijnlijk naartoe. Met de zon hoog in de lucht liep Rick door de woestijn, tussen alle cactussen en gieren, op weg naar het dorp. En het ezeltje waggelde achter hem aan.
Kruipend kwam Rick na een lange tocht aan in Westcactus, gevolgd door misschien wel dertig hongerige gieren en een ezeltje. Het eerste wat hij zocht was een plek waar hij water kon drinken omdat hij een enorme dorst had gekregen van alle hitte en droogte van de woestijn. Rick zag een saloon en wankelde er op af. Hij liep door de klapdeurtjes naar binnen en bestelde direct een ijskoude water bij de barman. De barman met een vies schort zei niks en schonk een ijswater in en ging verder met het poetsen van glazen.
Rick zag drie Mexicanen een schaakspel spelen in een donkere hoek. Ze rookten een sigaar en dronken uit een emmertje limoñadé met een rietje. Van onder hun sombrero keken ze naar de vreemdeling Rick. Een van de Mexicanen met een gekrulde snor en rode laarzen stond op en liep langzaam naar Rick. “Jij bent El Ricko” zei de Mexicaan met een schorre stem. “Je bent de beruchte treinovervaller, of niet amigo?” De Mexicaan keek boos en legde zijn hand op zijn holster waar een revolver in zat.
Rick wilde het net op een rennen zetten toen de Mexicaan met de krulsnor hard begon te lachen. “Het is El Ricko!” En gaf Rick een stevige omhelzing. “Kom amigo, de paarden staan buiten klaar!” Voor Rick het wist zat hij op zijn ezeltje, maar dit keer met grote lege zadeltassen. “Daar gaan alle juwelen van de treinpassagiers in, amigo!” zei de krulsnor Mexicaan. “We gaan rijk worden!” Ze stapten op paarden en schreeuwden “Hiiiiiyaaaaa” en galoppeerden het dorp uit. En Rick op het ezeltje waggelde er achteraan.
Hoofdstuk 3
De treinoverval
Ze galoppeerden door de eindeloze dorre woestijn. Al snel reden ze naast een spoorlijn waar een stoomtrein in de verte te horen was. “Amigo, dat is de trein die we gaan overvallen!”
Maar Rick wilde helemaal geen trein overvallen. In dit boekverhaal was hij blijkbaar een bekende schurk die treinen overviel. En de enige manier om uit het boek te stappen was om het verhaal af te maken, als de schurk die deze trein ging overvallen. Het spoor begon te beven, en het geluid van de trein kwam dichterbij. Rick zag de zwarte stoomtrein over het spoor razen, waarbij stoomwolken hoog in de lucht schoten.
Toen de trein langsreed sprongen de Mexicanen van hun paarden en hielden zich vast aan de achterste wagon van de trein die leeg was. In de wagons daarvoor zaten alle passagiers. “Kom El Ricko” schreeuwde één van hen. “Springen!” Maar Ricks ezeltje had blijkbaar andere plannen. Het eerst zo langzame beest begon opeens hard te rennen. Zo hard, dat hij voor de laatste treinwagon uitliep. Rick sprong van zijn ezeltje aan de voorkant van de lege wagon. Hij probeerde de wagon los te koppelen waar de Mexicanen aanhingen. Rick trapte en schopte met zijn laarzen, en net voor een spoorwissel schoot de laatste wagon los van de trein. Het ezeltje was intussen de trein al voorbij gerend en gaf een kopstoot tegen de hendel van de spoorwissel. Daardoor reed de trein met alle passagiers veilig een andere kant op. En de wagon met de drie Mexicanen? Die reed Westcactus binnen en stopte net voor het kantoor van de sheriff. Ze werden meteen ingerekend en verdwenen voor een hele lang tijd achter slot en grendel.
De inwoners, de burgemeester en de sheriff van Westcactus waren erg blij dat er eindelijk een einde was gekomen aan de treinroven. Daarom werd Rick gehuldigd en kreeg hij de eer om hulpsherrif te worden van Westcactus.
Toch maakte hij zich zorgen. Rick had het einde van dit boek veranderd. Voor altijd zou hij vast blijven zitten in het verhaal. Niet dat hij het heel erg zou vinden, dit avontuur beviel hem wel. Wel zou hij zijn familie en vrienden heel erg gaan missen. Maar toen Rick zijn zilveren hulpsheriff ster opgespeld kreeg van de burgemeester van Westcactus was hij opeens weer op terug zijn verjaardag, met hoed, riem, laarzen en een opgespelde zilveren ster. Ook het ezeltje stond naast hem en at van de verjaardagstaart. Al zijn verjaardagsbezoek zat met volle verbazing te kijken wat er nou zojuist gebeurd was.
Elke dag boekflitste Rick naar zijn boek. De bladzijden in de laatste hoofdstukken waren leeg en wit geworden, die Rick als hulpsherrif opnieuw kon invullen met een nieuw spannend avontuur in Westcactus.
Einde
Dit verhaal delen?
Kopieer link